Notariskantoor aansprakelijk voor het overmaken van gelden
Een zwager stelt dat hij nog een vordering heeft op de ex-man van zijn zus (hierna 'de ex-man'). Hij legt daarom beslag onder een notaris, die gelden onder zich houdt voor de ex-man.
De ex-man heeft de zwager echter allang betaald. Hij heeft het notariskantoor daarom per e-mail verzocht te bevestigen dat er geen geld zal worden uitgekeerd voordat een rechter uitspraak heeft gedaan over de vorderingen die de zwager nog stelt te hebben. Een medewerker van het notariskantoor schrijft als antwoord op dit e-mailbericht: "Wij gaan niets uitkeren aan [uw zwager] zonder akkoord van partijen". Toch heeft het notariskantoor, op verzoek van de deurwaarder van de zwager, een bedrag van € 59.958,37 uitgekeerd aan (de deurwaarder van) de zwager. Hierdoor heeft de ex-man schade geleden. De ex-man verwijt het notariskantoor een beroepsfout te hebben gemaakt door dit bedrag zonder toestemming van de ex-man uit te keren.
In de procedure bij de Rechtbank Noord-Holland geeft het notariskantoor inderdaad toe dat er een fout is gemaakt. Daarmee staat de beroepsfout van het notariskantoor en de aansprakelijkheid van het notariskantoor voor de door de ex-man geleden schade in beginsel vast. Het notariskantoor ontkent echter dat de ex-man schade heeft geleden als gevolg van deze beroepsfout. De ex-man was het bedrag dat het notariskantoor heeft uitgekeerd volgens het notariskantoor namelijk wel aan de zwager verschuldigd.
Tijdens de procedure blijkt dit niet zo te zijn. De zwager heeft zijn vordering op de ex-man grotendeels kwijtgescholden. Het overige had de ex-man al aan de zwager afgelost. De ex-man was dus helemaal niets meer aan zijn zwager verschuldigd. De rechtbank passeert het verweer van het notariskantoor. Het notariskantoor had zich aan haar toezegging moeten houden. Door dit niet te doen heeft de ex-man wel degelijk schade geleden. Het notariskantoor moet deze schade vergoeden.