Assurantietussenpersoon aansprakelijk voor ontbrekende dekking

Een leverancier en installateur van alarmsystemen vraagt zijn verzekeringstussenpersoon om te adviseren over een verzekering voor bedrijfsaansprakelijkheid (een AVB-polis). Volgens de installateur is voornamelijk het niet-functioneren van een door hem geïnstalleerd alarmsysteem een risico. Nadat door bemiddeling van de tussenpersoon een verzekering bij Reaal tot stand komt, vraagt de installateur nog eens na of hij voor dat risico goed verzekerd is.

Dan vergeet de installateur een bij een klant geïnstalleerd alarmsysteem aan te melden bij de alarmcentrale. Als vervolgens bij de klant wordt ingebroken, wordt er een kledingvoorraad gestolen. De installateur wordt aansprakelijk gesteld, maar de verzekeraar weigert dekking. Het blijkt dat schade die verband houdt met ‘diefstal van zaken’ niet is gedekt.

Daarop stelt de installateur de assurantietussenpersoon aansprakelijk. Volgens hem had de tussenpersoon moeten waarschuwen dat hij onvoldoende verzekeringsdekking had en moeten adviseren om dit risico op een andere manier te verzekeren. De tussenpersoon was immers bekend met zijn bedrijfsactiviteiten en het bedrijfsrisico waarvoor de installateur dekking wilde.

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden overweegt in een arrest van 4 oktober 2022 dat een verzekeringstussenpersoon moet waken voor de belangen van verzekeringnemers in zijn portefeuille. Hij moet verzekeringsnemers bij het aangaan van een verzekeringsovereenkomst en tijdens de looptijd ervan voldoende adviseren. Om aan zijn zorgplicht te kunnen voldoen, moet de verzekeringstussenpersoon zich een beeld vormen van het soort bedrijf van de opdrachtgever, het risico waartegen deze zich wil verzekeren en het risico dat de opdrachtgever bereid is voor eigen rekening te nemen. De verzekerings­tussenpersoon moet zijn opdrachtgever de informatie geven die zijn opdrachtgever redelijkerwijs nodig heeft om geïnformeerd te kunnen beslissen over zijn verzekeringsdekking.

De tussenpersoon had de installateur dus op de uitsluiting in de verzekeringsvoorwaarden moeten wijzen en op het risico dat dit artikel aan dekking in de weg zou kunnen staan. Omdat de tussenpersoon niet voldoende concreet kan aantonen dat te hebben gedaan, is hij tekortgeschoten in zijn advisering. Omdat bovendien vaststaat dat de installateur dit risico had kunnen verzekeren als hij zich van het ontbreken van dekking bewust zou zijn geweest, en andere verweren van de assurantietussenpersoon niet slagen, moet de tussenpersoon de schade vergoeden.